Deze website maakt gebruik van cookies

Deze website toont video’s van YouTube. Deze partij plaatst cookies (third party cookies). Als je deze cookies niet wilt, dan kan je dat hier aangeven. Je kan dan geen video’s op deze website zien. Wij plaatsen zelf ook anonieme cookies om onze site te verbeteren. Deze gegevens worden niet aan derden verstrekt.

Deze website toont video’s van YouTube. Deze partij plaatst cookies (third party cookies). Als je deze cookies niet wilt, dan kan je dat hier aangeven. Je kan dan geen video’s op deze website zien.

VO-content: ‘Je hoeft het niet alleen te doen’

18 mei 2022

Iedere docent herkent het gevoel: je wilt wat anders of extra’s doen dan in het lesboek staat. Hoe kom je aan je materiaal? Vind je het wiel zelf uit of laat je je inspireren door het werk van je collega’s uit het hele land? Wie slim is gebruikt en deelt zijn lessen online met collega’s.

Ruim tien jaar geleden werd VO-content opgericht. De missie was direct duidelijk: zoveel mogelijk leermateriaal toegankelijk maken voor zoveel mogelijk docenten. Anno 2022 is het doel niet veranderd, maar de context wel. Om te beginnen is er door de digitalisering heel veel (digitaal) leermateriaal te vinden. Dat was in de beginjaren wel anders, blikt directeur Ron Zuijlen terug: ‘Het papieren boek stond centraal en als leraren zelf digitaal materiaal maakten, dan deelden ze dat meestal alleen met hun directe collega’s.’ Ron wilde nadrukkelijk niet het zoveelste boekje maken met een willekeur aan leermateriaal. ‘Op die content zit vaak copyright waardoor je het niet zomaar mag delen of aan mag passen aan je eigen behoeften of die van je leerlingen.’ Geen papieren boek dus, maar wat wel? Een digitale plek die voor elke docent vrij toegankelijk is. Een open platform met open leermateriaal dus.

Kansengelijkheid

Was er in 2011 al behoefte aan meer leermateriaal, tegenwoordig surft bijna elke docent zich suf op het web, op zoek naar een goede les. Als aanvulling op een methode of om een specifiek lesonderdeel eens anders aan te pakken. Dat maakt de noodzaak van een overzichtelijke en vrij toegankelijke databank boordevol kwalitatief leermateriaal groter dan ooit. Juist het open karakter is voor Ron cruciaal. ‘De huidige samenleving staat voor een enorme uitdaging’, legt hij uit. ‘We willen allemaal beter onderwijs waarin kansengelijkheid de norm is. Ondertussen kampen we met lerarentekorten en is het voor scholen een opgave om goed onderwijs betaalbaar te houden. Kwalitatief leermateriaal moet voor elke laag van de bevolking beschikbaar zijn. Anders ga je het niet redden als onderwijsinstelling. Als je goed en toegankelijk onderwijs wilt, moet je ook zorgen voor dito leermateriaal.’

Open leermateriaal

Open leermateriaal moet dus voor iedereen toegankelijk zijn. Maar wat houdt dat dan precies in? Inmiddels beschikt VO-content over een flinke database waar je voor ruim dertien vakken allerlei lesmateriaal vindt. Omdat je kunt selecteren op een specifiek kern- of lesdoel, weet je snel wat je voor welke les kunt gebruiken. Heel belangrijk is dat alles in die database rechtenvrij is. Het voordeel? Je het kunt al het materiaal aanpassen en bewerken, zodat het helemaal past bij jouw werkwijze, jouw klas en jouw specifieke doel. ‘In de database vind je kant-en-klare lessen’, legt Ron uit, ‘maar ook heel veel materiaal waar je als docent zelf op kunt voortborduren.’ En dat is precies wat Ron hoopt: dat docenten met het materiaal aan de slag gaan en het daarna aanpassen en weer terugdelen op het platform. ‘Op die manier ontstaat er echt een systeem van delen en uitwisselen. Dat is als oorspronkelijke ontwerper van het leermateriaal ook waardevol want met de aanpassingen van andere professionals kan hij/zij zich ook weer verder ontwikkelen.’

Curriculair leiderschap

Open leermateriaal heeft nog een ander groot voordeel: het draagt bij aan de vitaliteit van docenten en de motivatie van leerlingen. Dat werkt volgens Ron zo: ‘Om als docent na een langere tijd in het onderwijs gepassioneerd en voldaan te blijven, moet je jezelf en je lessen blijven door ontwikkelen.’ Curriculair leiderschap, noemt Ron dat: een professional die nadenkt over de ontwikkeling van zichzelf en zijn vak, actueel blijft en slim samenwerkt. ‘Een goede docent vraagt zich regelmatig af wat hij en zijn leerlingen nodig hebben om uitgedaagd te blijven. Geen enkele docent wil jarenlang dezelfde les uit hetzelfde boek opdreunen. Voor goed onderwijs moet je nadenken over de ontwikkelingen in je vak en de wereld waarin de doelgroep opgroeit.’ Je moet je vak dus boeiend houden, voor jezelf en voor je leerlingen. Maar hoe doe je dat zonder zelf om de haverklap je hele lesprogramma te herontwerpen? ‘Dat hoef je helemaal niet allemaal zelf te doen. In ons land zijn veel professionals aan het werk die elkaar kunnen inspireren en activeren waardoor ons onderwijs sprankelend, toegankelijk en up-to-date blijft.’


Foto: Jeroen Koopman
Interview: De OnderwijsRedactie (Marijn Ruhaak)

Terug naar nieuwsoverzicht
Stel een vraag Helpdesk