“Uitgeverijen moeten hun methodes gaan ontmantelen, dat zou een doorbraak zijn”

Docenten worden digitaal vaardiger en het gebruik van de Stercollecties neemt toe. Harald Wiggers, directievoorzitter van het Liemers College in Zevenaar en Didam, ziet het ook op zijn school gebeuren. Toch is het belangrijkste doel van de Stercollecties nog niet behaald, vindt hij. “Ook uitgeverijen moeten hun methodes gaan ontmantelen. Dat zou een doorbraak zijn.”

Het Liemers College is van meet af aan betrokken bij VO-content. “De belangrijkste drijfveer om zes jaar geleden deelnemer te worden, was om de leermiddelenmarkt open te breken”, vertelt Wiggers. Docenten zouden niet langer afhankelijk moeten zijn van de leerlijnen die door een methode voorschrijft, maar zelf leerlijnen moeten kunnen ontwerpen op basis van beschikbare modules waaraan ze zelf materiaal kunnen toevoegen. Vanuit die gedachte zijn de Stercollecties ontwikkeld.

Rollator of zelfstandig lopen?

En nog steeds onderstreept Wiggers dat beginsel. Niet voor niets is hij voorzitter van de Raad van Advies van VO-content. “Een Stercollectie is geen methode, maar een collectie, dus je kunt haar ook in onderdelen gebruiken.

De kracht zit ‘m in het feit dat de docent de ‘rollator’, de methode, kan loslaten en zelf een curriculum kan opbouwen. Je moet daarvoor wel zelfstandig kunnen lopen, weten wat je weglaat en wat je toe wilt voegen. Dat vraagt meer van de vakbekwaamheid van de docent.”

Cafetariamodel

Op zijn school heeft Wiggers het gebruik van de Stercollecties zien groeien. Eerst waren het vooral de meest digitaal vaardige docenten die er sporadisch mee aan de slag gingen, vervolgens gingen ook hun collega’s modules of opdrachten inzetten als aanvulling op de methode. Inmiddels gebruiken steeds meer docenten de Stercollecties als basis voor hun eigen arrangement. Daarmee breekt op het Liemers College een nieuwe fase aan.

“VO-content voorziet nog steeds in een behoefte en is niet meer weg te denken als gesprekspartner voor alle partijen. Maar nu docenten digitaal veel vaardiger zijn, is er meer behoefte aan extra materiaal. Ze willen kunnen kiezen uit materiaal van meerdere aanbieders. Dat betekent dat ook uitgeverijen hun methodes moeten gaan ontmantelen, zodat je een soort cafetariamodel krijgt.”